Show menu

Archief

Mirte Engelhard: ‘Arnhem is rauw maar ook kak, die twee kanten zitten ook in mij’

Categorie: 'Standplaats Arnhem'

Hoe staat het met het creatieve klimaat in Arnhem? Er wordt altijd gekeken naar beleidsmakers en instellingen. In de media wordt er vooral veel gepraat over gebouwen. Maar de kunstenaars komen nooit zelf aan het woord. Dat is eigenlijk gek. Daarom wil Standplaats Arnhem van de creatieve en culturele makers zelf horen hoe ze de stad ervaren. Vandaag modeontwerpster Mirte Engelhard.

(Door: Leendert Douma)
(Foto: Sophie Vermeulen)

Een gesprek met Mirte Engelhard heb je nooit alleen. In de winkel en werkplaats van de modeontwerpster aan de Klarendalseweg komen voortdurend mensen langs. Binnen een uurtje tijd brengt een oude buurman een visje en vallen een muziekproducer en een schrijver binnen voor een praatje. Maar ook een ‘rafelrandje van de stad’. Mirte Engelhard, winnares van de Cultuurprijs Arnhem 2020, geniet van alle aandacht.

“Ik hou van alle soorten mensen. Dat had ik vroeger al: gabber, alternatief, kakker – allemaal totaal verschillende vrienden. Het klinkt heel cheesy: als een mens goed is, is ‘ie goed. Dat staat los van type of subcultuur. Er moet een klik zijn.” Zo staat Mirte ook in haar werk en de samenwerkingen die ze aangaat.

Mirte Engelhard: “Ik ben geboren en getogen in Arnhem, in de Burgemeesterswijk om precies te zijn. Ik wist eigenlijk altijd al dat ik iets creatiefs wilde doen. Ik had een geweldige tijd op het Thorbecke Lyceum. Toch ben ik op havo-4 gestopt om de mbo-opleiding voor illustratie in Almelo te gaan doen. Daarna ben ik richting mode gegaan. Eerst was ik bevooroordeeld: ik dacht dat het iets voor truttige meisjes zou zijn. Ik was zelf heel anders. Ik deed van alles met mijn uiterlijk. Gekke combi’s. Mantelpakjes met een hanenkam of dreadlocks daarboven. Of ik trok een tweedehands ochtendjas aan en tekende met een oogpotlood patronen op mijn gezicht. Op de Modevakschool in Zutphen voelde ik me als een vis in het water. Daarna ben ik Fashion design gaan doen bij ArtEZ in Arnhem. Ik ben in 2009 afgestudeerd. Ik vond het een zegen om zoveel opleidingen te mogen doen. En ik leerde telkens weer nieuwe mensen kennen.”

Engel en Hard

“Mijn vader kocht een bedrijfsruimte voor mij en mijn zus op de Klarendalseweg. Toen mijn zus een kindje kreeg, werd de ruimte voor mij alleen. Ik heb hier nu mijn atelier en mijn winkel en ik woon erboven. Ik kwam hier in 2010, toen het Modekwartier nog in haar kinderschoenen stond. Het heette toen nog 100% Mode. Ik ben hier dolgelukkig. Er is een prima sfeer. Ik hou van al die creatieve mensen en ondernemers om me heen. Dat is een kruisbestuiving. Mijn buurvrouw Annet Verbeek is een goede vriendin en wij hebben ons met collega ondernemers jarenlang ingezet voor evenementen als de Nacht van de Mode – die ieder jaar tienduizenden mensen trekt.”

“Ik kan ook goed met de ‘oude’ bewoners van de wijk. Mijn helft van mijn roots liggen hier, want de familie van mijn vader komt uit Klarendal en ’t Broek. Ook mijn vriend is hier geboren en getogen. Ik voel me thuis in deze stad. Arnhem is leuk. Het is rauw én het is kak. Die twee kanten zitten ook in mij. Daarom heb ik mijn naam ooit gesplitst in twee labels: Engel en Hard. Engel staat voor eerlijk, tijdloos, duurzaam. Hard staat voor extravagant en van de straat.”

Buffelen

“In het begin was het hier buffelen om te overleven. De eerste jaren werkte ik tachtig uur per week. Dat is niet erg, ik hou van hard werken. Maar ik leefde rond de armoedegrens. Ik wist niet goed wat ik voor prijs voor mijn ontwerpen moest vragen. Ik wilde het eerlijk doen. Iemand zei: ‘Maar je moet ook eerlijk voor jezelf zijn’. Toen ben ik een omslag gaan maken. Ik ging werken bij ROC Rijn IJssel en dat gaf een stuk financiële rust. Het gekke is: juist dan word je veel zakelijker.”

“Door mijn afstudeercollectie kreeg ik opdrachten van moderne choreografen en dansers, vooral uit Arnhem. Zo heb ik zes jaar voor Jens Van Daele gewerkt. Ik heb de danseressen van Arnhemse Meisjes meermalen gekleed. En ik werk samen met choreograaf Igor Vrebac. Voor De Nieuwe Oost hebben we samen de kostuums voor de productie OMG bedacht: een zoektocht naar spiritualiteit. Dat is ook voor ons een zoektocht. We proberen verschillende dingen uit. De samples die ik dan maak, komen weer in mijn winkel te hangen. Dat is duurzaam en zo hangen er altijd unieke dingen. Sowieso leer ik heel veel van dit soort samenwerkingen met opdrachtgevers.”

Verhalen

“Soms denk ik weleens: kleding is leuk om mensen mooier te maken, maar er is ook zoveel mis in deze wereld – what the fuck ga ik daaraan doen? Gelukkig kwamen Mariel Hutten van Arnhem voor Vluchtelingen en Marieke Kessels van Bridge To Liberation op mijn pad. Samen hebben we bedacht om een collectie te maken voor nieuwe Arnhemmers. Die kreeg de titel Impact Of War en was geïnspireerd door vluchtverhalen van nu, maar ook van ouderen die in de Tweede Wereldoorlog Arnhem moesten ontvluchten.”

“Er kwamen negen ‘koppels’ van ouderen met jongeren en uit hun verhalen ontstonden negen ontwerpen. Die heb ik gemaakt in een etalage van de V&D en daarna hebben de jonge vluchtelingen ze op de catwalk gedragen tijdens het Fashion & Design-festival. Iedereen was geraakt! Mensen hadden de tranen in hun ogen. Het enige probleem was… het proces is nooit gedocumenteerd. Dat moest een volgende keer anders.”

Buiten de mainstream

Dus toen ik met hulp van Schakel025 een nieuw project mocht doen, ben ik als eerste naar een documentairemaker op zoek gegaan. Ik vond antropologe Maaike Broos. Samen hebben we Draag Je Verhaal bedacht: een serie van vier documentaires over levensverhalen en het vinden van je eigen creatieve taal. We hebben vier eigenzinnige Arnhemse artiesten geïnterviewd en ik heb kleding voor ze ontworpen: spoken word-artiest Tim Lenders, danser Ruben Chi, verteller Wensley Piqué en rapper Adje van het Padje – allemaal mensen die buiten de mainstream zijn opgegroeid.”

“We hebben er ook een onderwijsmodule bij gemaakt, want ik denk dat we hiermee jongeren kunnen inspireren. Ik geeft de Draag Je Verhaal-workshop ook in de ambulante zorg, aan jongeren met verschillende problematiek. Ze maken dan kleding op basis van hun eigen verhaal. Een tienermoeder maakte een capuchon met in de binnenkant een foto van haar baby, zo zit die kleine letterlijk in haar hoofd. Met een autistische jongen – die gefascineerde is door modulaire computers – maakte ik modulaire kleding met ritsen en knopen en mouwen die er afkunnen.”

Energie

“Ik werk graag met jongeren. Begin 2022 ben ik samen met mijn vriend, Rakesh Hanoeman, het bedrijf New Hearts gestart. Het is een groep van negen artiesten die graag hun talent en passie delen met jongeren. We organiseren activiteiten op scholen in en rond Arnhem, zoals hiphopdans, graffiti, beatcreating, rap – allemaal vétte vakken. Het is een diverse club mensen, waar de meeste kinderen zich in kunnen herkennen. Dat is belangrijk, want als docent ben je toch een rolmodel. Het is best veel werk: nu heb ik er nóg een bedrijf bij. Maar ik krijg er ook heel veel energie van!”

“Lange tijd heb ik lopen strugglen. Nu heb ik naam opgebouwd en hoor ik er ineens bij. Dat voelt soms raar. Is dat eigenlijk wel de plek waar ik wil zitten? Ik hou van de mensen met een rauw randje, die er een beetje buiten vallen. Met die buitenbeentjes werk ik het liefste samen. Ik vind mensen die zich goed gelukt vinden, en vol zijn van zichzelf niet zo interessant.”